Er was eens een kabouter, Rosita genaamd. Ze ruikt naar klimrozen, haar lievelingsparfum. Alle kabouters zijn verliefd op haar. Rosita kan prachtig harp spelen en heeft een engelenstem. Ze heeft een betoverende werking op iedereen. Als ze danst op het ritme van de regen en haar vlechten laat wapperen in de wind, kunnen de kabouters hun ogen er niet van af houden. Ze houdt van de aandacht en staat graag in het middelpunt. Je wordt gewoon vrolijk als je naar haar kijkt.